Laatste dagen in Nieuw-Zeeland: Stranden, heuvels en uitrusten

Onze 2 maanden Nieuw-Zeeland zitten er inmiddels op! Wat een fantastisch mooi land en voor ons was 2 maanden hier rondreizen precies genoeg. We konden alles doen wat we graag wilden doen en nog een beetje meer. De laatste 2 weken hebben we in het noorden van het Noordereiland doorgebracht, bij de mooie stranden aan de Coromandel Peninsula en in het noordelijkste stukje Nieuw-Zeeland boven Auckland. Het was hier een heel stuk drukker dan in de rest van Nieuw-Zeeland! Dit is ook het meest dichtbevolkte gebied van het land en blijkbaar gaan alle Nieuw-Zeelanders zelf hier op vakantie, er liggen hier namelijk heel veel mooie strandjes. Daarbij kwam dat de scholen nog zomervakantie hadden. Wij hebben hier ook vooral even rust genomen want lichamelijk waren we behoorlijk vermoeid geraakt van al het hiken de afgelopen tijd (we zijn ook geen twintigers meer…).

De Coromandel Peninsula (peninsula = schiereiland) ligt in het noordoosten van het Noordereiland. Het kostte ons een paar dagen om de mooie kustroute daar helemaal af te rijden. We begonnen in de grotere stad Tauranga. We waren hier in het weekend, en jemig wat was het hier druk! Alle parkeerplaatsen stonden vol en stukken van de stad waren afgesloten voor evenementen. We besloten onze plannen om een berg langs de kust te beklimmen te laten varen en hebben de dagen hier rustig doorgebracht in de bibliotheek (profiteren van het schaarse internet om wat dingen uit te zoeken voor de rest van de reis en om alle foto’s weer eens bij te werken) en in het zwembadje op de camping. Op een leuke foodcourt bij de bieb konden we een lekker hapje eten. Ook gebeurde het ons hier voor het eerst dat we voor een volle camping stonden! Het was weliswaar een free campsite met ruimte voor slechts 5 campers, maar hij stond vol! Tot nu toe hebben we op alle campings waar we naartoe gereden zijn, groot en klein, altijd een plekje kunnen vinden. Maar geen probleem, een andere free campsite een aantal kilometer verderop (iets verder buiten de stad) had wel nog genoeg plek.

De dagen erna zijn we de kustlijn verder af gereden. We kwamen langs veel mooie stranden, kleine dorpjes en mooie viewpoints. Omdat het eigenlijk overal mooi was, maar het ook overal wel een beetje op elkaar leek, kozen we een paar plaatsen uit voor een stop en zijn we de rest voorbij gereden. Zo hadden we van een local de tip voor Onemana Beach gekregen. Vlak buiten het goed toegankelijke dorpsstrand liep er een trail van een half uurtje naar een klein verlaten strandje. Een super mooi plekje en we hadden het helemaal voor ons alleen! Nu is Rik op zich geen groot fan van zand (het blijft zo zitten tussen je kleren, schoenen, haren, alles!) maar Lisanne kan daar wel van genieten en heeft een frisse duik in de zee genomen.

Verder zijn we naar het strand bij Cathedral Cove gelopen. Ook hier moesten we een trail van een uurtje lopen om bij een verlaten strand te komen. Hier waren we niet alleen, dit is een iets bekendere attractie, maar het was wel mooi. Er ligt een grote rots op/over het strand en daaronder is een grot uitgesleten waar nu een strandje in ligt. Ook hier heeft Lisanne weer een lekker frisse duik genomen. Later die dag zijn we ook nog naar het strand New Chums Beach, in het noorden van de Coromandel Peninsula gegaan. De route die daar naartoe liep was ook leuk om te lopen, klauterend over allemaal rotsen. Net voordat het strand begon was er een zijpad dat de berg opliep waarmee je mooi uitzicht hebt over het hele strand. Dit pad bleek een echte uitdaging omdat het toch wel enig klimwerk vereiste. Onze inspanning werd beloond met een prachtig uitzicht over het strand onder ons.

Via de andere kant van de Peninsula, de westkust zijn we weer verder zuidwaarts gereden over hele mooie wegen. Het binnenland bestaat hier (zoals een groot deel van het Noordereiland) uit veel groene heuvels en af en toe heb je opeens weer uitzicht over de zee of zie je een of ander strandje. We besloten in dit gebied nog een laatste hike te gaan doen door het Coromandel Forest Park bij Kauaeranga. We hadden een hike van 2 uur door het bos uitgezocht, maar we merkten al snel dat vandaag niet onze dag was. Na een half uurtje hebben we ons om gedraaid en zijn we lekker op tijd naar de camping gegaan om daar een beetje uit te rusten. Wat bleek, de camping hier had een tennisveld! Maar goed dat we onze krachten een beetje gespaard hadden! We konden bij de receptie 2 (crappy) rackets en wat (veel te zachte) ballen lenen en hebben voor het eerst sinds lange tijd weer even lekker getennist. Ok, het was misschien niet ons allerbeste potje tennis, maar toch vonden we het lekker om even een balletje te slaan. Na het tennissen zijn we (zoals alle Nieuw-Zeelandse vakantiegangers) lekker fish&chips gaan eten bij een klein dorpje verderop. Lekker smikkelen uit het krantenpapier.

Na de Coromandel Peninsula zijn we weer terug gereden naar Auckland (waar ons Nieuw-Zeeland avontuur was begonnen) om het noordelijkste stuk land boven Auckland te verkennen, Northland. Auckland is de grootste stad van Nieuw-Zeeland en hier reden we weer eens over een 4-baansweg. Ik gok dat dit de enige 4-baansweg in het land is.

In Northland hebben we een dagje mountainbikes gehuurd om het natuurgebied bij Tawharanui Peninsula te verkennen. Het was na een aantal zomerse dagen weer eens een dagje bewolkt en een fijnere temperatuur om iets te ondernemen. Alleen die flinke regenbui halverwege onze tocht was een beetje jammer. Daar hebben we ons maar aan overgegeven en dan is het eigenlijk wel grappig. Maar poeh, het landschap is hier erg heuvelachtig en het bergop fietsen viel toch best zwaar! Een aantal heuvels zijn we maar op gelopen met de fiets aan de hand. Helemaal toen het ging regenen en we over nat gras moesten fietsen werd het zwaar. Bergaf ging wel lekker, maar ja, dat duurt maar zo kort. Het was wel leuk om tussen de schapen en vele vogels te fietsen en de uitzichten over de kust waren ook erg mooi. Stiekem hebben we er ondanks de regen toch wel van genoten. Achteraf hebben we bij een nabijgelegen strand een koude douche genomen en de schapenpoep en modder van onze benen gewassen. Lekker.

Daarna vonden we het wel welletjes geweest. We waren moe en we besloten ons laatste weekje in Nieuw-Zeeland geen al te actieve dingen meer te ondernemen. We hoefden ook niet per se alles meer te zien. We waren helemaal tevreden met alles wat we al gezien hadden en allebei hadden we behoefte aan een beetje rust. Die hebben we genomen in en rond het stadje Whangarei. In de bieb hebben we wat dingen uitgezocht voor het volgende stuk van onze reis (Australië!) en verder hebben we de tijd doorgebracht met het lezen van een boek, het kijken van wat serietjes, het opeten en -drinken van alle restjes en het observeren van de mensen om ons heen. Nieuw-Zeelanders lijken over het algemeen toch echte buiten-mensen. Een dag stonden we op een kampeerplaats tegenover een haven en ‘s ochtends vroeg kwamen een voor een allemaal auto’s met een bootje op de aanhanger de boot te water laten. Het lijkt wel alsof iedereen hier een bootje heeft, of een jetski. En bij mooie stranden zoals bij de Mangawhai Heads en bij Ocean Beach zagen we hoe kinderen surfles kregen en hoe de ouders een stukje verderop zelf aan het surfen waren.

En toen, na een fantastische rondreis van 2 maanden door dit mooie land was het tijd om afscheid te nemen van onze camper, Billy. Ondanks dat Billy ook de jongste niet meer is heeft hij het gelukkig helemaal goed gehouden! We werden van het camper-verhuurbedrijf naar het vliegveld gebracht en even later zaten we in het vliegtuig om in ongeveer 4 uur naar Melbourne in Australië te vliegen!

Inmiddels zitten we, weer goed uitgerust, in Melbourne! Behalve dan dat we weer eens in een echt grote stad zitten (die heb je in Nieuw-Zeeland niet), voelt het eigenlijk nog helemaal niet zo anders als Nieuw-Zeeland. We kijken al uit naar over een paar dagen, want dan komt Stefan (broertje Lisanne) ons hier opzoeken! Met z’n drieën zullen we de komende 3 weken de oostkust van Australië gaan ontdekken!

Tot de volgende keer! Liefs R&L

Foto’s Noordereiland deel III

Nieuw-Zeeland: Eerste week op het Noordereiland

We zijn in Nieuw-Zeeland! En wat een cultuurshock is dit! Na ruim 4 maanden door Azië gereisd te hebben zijn we aan een aantal zaken gewend geraakt: slechte wegen, geen verkeersregels, lekker eten zonder zelf te hoeven koken, het leven is goedkoop, niet iedereen spreekt goed Engels, wc’s die vaak niet meer zijn dan een gat in de grond, hier en daar redelijk aardig internet, hoge luchtvochtigheid en het wordt rond 6 uur donker. Dat is in Nieuw-Zeeland allemaal anders.

We zijn op het vliegveld in Auckland, op het Noordereiland, aangekomen. Wat was het heerlijk dat iedereen hier goed Engels spreekt en dat alles goed geregeld was. Ook het busje dat ons naar ons Airbnb appartementje zou brengen stond al klaar en we waren er zo. Wel even slikken dat de prijzen hier veel duurder zijn. Alles is weer vergelijkbaar met de Nederlandse prijzen, het een iets goedkoper, het ander iets duurder. We hadden een kamer dichtbij het centrum van Auckland in het appartement van Hugh, een man van een jaar of 40, op de 9e verdieping. We zouden hier eerst 2 dagen verblijven voordat we onze gehuurde camper op gingen halen om hierin de komende 2 maanden de rest van Nieuw-Zeeland te gaan verkennen. Zo konden we eerst uitrusten van de vliegreis en Auckland op ons gemak verkennen. De eerste dag hebben we wat geslapen omdat we daar in het vliegtuig niet veel aan toe waren gekomen. Daarna hebben we een wandeling door de wijk gemaakt, o.a. langs een gezellige foodcourt en we hebben boodschappen gedaan voor het avondeten! Koken, dat was lang geleden. In het appartement van Hugh hebben we een lekkere pasta gemaakt. We konden het nog.

Auckland is heel heuvelachtig, de stad is op verschillende kraters gebouwd. De volgende dag hebben we een van die kraters middenin de stad, mount Eden, beklommen. Tegenwoordig is deze helemaal begroeid met gras en bomen, een stadspark. Lekker om na een aantal rustige dagen weer eens een berg te beklimmen. Een heuveltje eigenlijk. Na de bergen in Nepal lijken alle anderen heuveltjes. Je had bovenop mount Eden mooi uitzicht over de stad. Verder hebben we nog wat door Auckland gewandeld en in het appartement met Hugh gekletst. Grappig hoeveel het ons hier aan Nederland doet denken. De goede wegen, alles is duidelijk en goed geregeld, de mensen, de winkels en het aanbod in de supermarkt (we hebben al mayonaise en pindakaas ingeslagen).

De volgende dag was het tijd om onze camper op te halen! Ons huisje voor de komende 2 maanden. Eerst willen we het Noordereiland gaan verkennen, dan met de ferry naar het Zuidereiland en vervolgens weer terug naar het Noordereiland omdat we de camper weer in Auckland in moeten leveren. De ‘Happy camper’ (het verhuurbedrijf heet Happy Campers) heeft achter de bestuurdersstoelen een klein keukentje met een koelkastje, gasfornuis met 2 pitjes, een gootsteen en wat opbergruimte. Achterin de camper staan banken en een tafel die ‘s avonds omgebouwd kunnen worden tot bed. We hebben onze camper Billy genoemd. 🙂 Even wennen is dat we links moeten rijden. De pook om te schakelen zit ook links en het knipperlicht en de ruitenwisser knoppen zitten omgedraaid. We hebben de ruit vooral de eerste dag heel goed gewassen.

Daar gingen we dan, Rik achter het stuur, op weg naar het zuiden. Onze eerste stop was bij de Pak ‘n Save (een soort van Aldi/Lidl) voor de boodschappen en huishoudelijke artikelen. Auckland was druk, maar eenmaal buiten Auckland waren de wegen rustiger. Het landschap was al direct mooi, vol met veel groene grasheuvels. Met de handige app CamperMate hebben we een camping gezocht voor de avond in de buurt van Hobbiton, want daar hadden we de volgende dag afgesproken. Onze camper is ‘self-contained’ omdat we water hebben en er zit ook een kleine draagbare wc in. Die proberen we niet te gebruiken, maar omdat hij erin zit mogen we ook op free campings staan. Dat zijn gratis campings met vaak alleen een toiletgebouw. Er is geen elektriciteit, water, douches of andere faciliteiten. Wel kan er controle zijn op die campings dat mensen er niet langer dan 2 tot 4 dagen blijven staan. We kunnen met onze camper ongeveer 3 dagen op een free campsite staan voordat we weer naar een betaalde ‘powered campsite’ moeten om de accu voor de koelkast weer op te laden. Dat is voor ons het moment om ook alle andere apparatuur op te laden, te douchen (alhoewel je tussendoor eventueel ook openbare douches kunt vinden) en de was te doen. De eerste avond stonden we op een mooie free campsite langs een rivier. Het was nog te fris om lang buiten te zitten, maar we hebben lekker pasta gekookt (voorlopig nog even geen rijst – daar hebben we in Azië genoeg van gehad) en knus binnen gezeten.

De volgende dag hebben we Hobbiton bezocht, de bekende filmsite uit The Lord of the Rings en The Hobbit. We hadden hier met Tan en Lieke afgesproken. Tan is een vriend van Lisanne met wie ze samen in Tilburg gestudeerd heeft en hun vakantie in Nieuw-Zeeland kruist perfect met onze reis. Super leuk om weer even bekenden te zien! We hadden ruim voordat onze toer door Hobbiton zou beginnen afgesproken in het café bij Hobbiton om bij te kunnen kletsen. Helaas regende het deze dag en moesten we de toer met paraplu’s doen. Evengoed was het heel leuk om de filmset te zien en het mooie heuvelachtige landschap hier. We konden langs de verschillende hobbitholes lopen en er werden allerlei weetjes verteld over hoe en waar er gefilmd was. In het café The Green Dragon uit de film kregen we een biertje. Na de toer hebben we met Tan en Lieke nog een lekker hapje gegeten in Hamilton voordat zij verder naar het noorden trokken en wij naar het zuiden.

De hele week bleef het weer erg wisselvallig, erg Nederlands. Veel bewolking, af en toe zon en af en toe regen. Het landschap was wel erg mooi. Bijna elke weg is mooi, door groene heuvels met schapen, koeien en hier en daar een boerderij. De dag na Hobbiton hebben we de Waitomo caves bezocht die bekend staan om de vele gloeiwormen. De toer door de grotten was erg kort (en naar onze mening veel te duur voor wat je kreeg – we moeten nog steeds wennen aan de prijzen hier) maar het was voor een moment wel magisch. In een bootje werden we door de pikdonkere grotten gevaren en daar zagen we duizenden kleine lichtjes (de gloeiwormen) tegen het plafond. Helaas hebben we daar geen foto’s van want je mocht er niet fotograferen. We kwamen zowaar een klein beetje in de kerststemming van al die lichtjes. We hadden al wat kerstliedjes op de Nieuw-Zeelandse radio gehoord en wat kerstbomen gezien in de stad, maar dat voelde voor ons compleet misplaatst want het is hier bijna zomer. Je hoort hier dezelfde kerstliedjes en ziet dezelfde kerst accessoires als in Nederland, maar zonder koude donkere dagen geven die toch niet dezelfde sfeer. Wel grappig is dat bij sommige supermarkten de medewerkers verkleed zijn als kerstelfen.

In de buurt van de Waitomo caves hebben we nog een wandeling gemaakt en de mooie Marakopa falls bezocht voordat we verder zijn gereden naar Lake Taupo. Hier hebben we voor het eerst op een betaalde powered campsite gestaan en ook hadden we hier weer eens internet. Wat je misschien niet zou verwachten is dat internet in Nieuw-Zeeland heel slecht is. We hebben wel een Nieuw-Zeelandse sim-kaart, maar er is niet altijd bereik of er is slecht bereik. Heel veel goede WiFi spots zijn er ook niet, maar bij de McDonalds is het soms wel oké. Zo hebben we, zonder er te eten, al een paar keer op de parkeerplaats bij de McDonalds gestaan om even wat op te zoeken of een keertje met Nederland te videobellen.

Lake Taupo is een redelijk groot meer en ligt in een geothermisch gebied. We hebben hier een dag doorgebracht en de omgeving verkend. Ten noorden van het meer kun je op gezette tijden zien hoe de dam water vanuit het meer de rivier in laat stromen. Het stukje rivier na de dam vult zich in een paar minuten helemaal met water en dat kolkt dan naar beneden. Ongelooflijk trouwens hoe mooi helder blauw het water van de rivier is. Ook zijn we een uur lang de rivier af gelopen om uiteindelijk uit te komen bij een hot spring. Een stroom met natuurlijk warm bronwater mondt hier uit in de koude rivier. We hebben er onze zwemkleding aangetrokken en lekker gebadderd. Op het eind van de dag hebben we het park “Craters of the moon” bezocht dat in geothermisch gebied ligt. Er loopt een verhoogd pad door het park en door verschillende scheuren in de grond om ons heen kwam stoom. Ook lagen er een aantal kraters met daarin mud pools en veel stoom. De grote grijze regenwolken boven ons maakten het geheel extra onheilspellend. Ondanks de voorspelde regen was het tot nu toe een mooie dag geweest, maar na een kwartiertje in het park kwam alles met bakken uit de lucht. Kwamen onze poncho’s (we hadden ze voor de trekking in Nepal gekocht maar niet nodig gehad) toch nog van pas! In onze poncho’s onder de paraplu hebben we op een bankje zitten wachten tot de ergste regen weer voorbij was. We konden er gelukkig wel om lachen en al dat water en de stoom in het park was wel een indrukwekkend gezicht.

Helaas waren de weersvoorspellingen voor de dagen erna niet goed en we besloten daarom direct door te rijden naar Wellington, de hoofdstad van Nieuw-Zeeland. Die ligt helemaal zuidelijk op het Noordereiland en je kunt hier de ferry nemen naar het Zuidereiland. De bekende Tongariro crossing in de buurt van Lake Taupo, een eendaagse hike over een vulkaan, is gesloten bij slecht weer. Aangezien we toch weer terug gaan komen naar het Noordereiland op het einde van onze Nieuw-Zeeland roadtrip, hopen we die hike dan te kunnen doen. We hebben nog niets vooruit gepland en zijn gelukkig flexibel.

Via een mooie route door het binnenland zijn we richting Wellington gereden. Onderweg zagen we de donkere wolken boven Tongariro national park hangen. 30km boven Wellington hebben we op een hele mooie campsite aan de kust overnacht. De zonsondergang was hier prachtig, alleen waaide het keihard en buiten zitten was geen optie, maar vanuit de camper was het ook goed te zien.

De volgende dag hebben we ontbeten op een parkeerplaats een stukje verderop. Daar waaide het minder hard en was het gezelliger om even te zitten. We waren niet de enigen met dit idee en er stonden meerdere campers. Sommige mensen gingen hier even douchen in de buitendouches die hier stonden. Een half uur later reden we Wellington binnen. Dat was een mooi gezicht, want Wellington ligt aan de kust en heeft verschillende baaien en een gedeelte van de stad ligt in de heuvels. In Wellington zelf is niet al te veel te beleven. We hebben weer een ‘heuveltje’ beklommen, namelijk mount Victoria die middenin de stad ligt en van waaruit je een mooi uitzicht hebt over de hele stad. We hebben wat door het centrum gelopen en boodschappen gedaan om vervolgens een mooie campsite net buiten Wellington op te zoeken. Die lag prachtig aan de Red rocks trail. Ook brak hier even de zon door en konden we eindelijk eens buiten eten, met een mooi uitzicht over de zee en de kustlijn. Dat is lekker kamperen.

De volgende ochtend wilden we de Red rocks trail gaan lopen maar het regende. We besloten daarom Wellington in te gaan naar The Garage Project, een lokale brouwerij die in een garage was gestart en nog steeds in een (hele grote) garage zat. We konden er speciaal biertjes proeven en hebben er een paar meegenomen. Lekker! Inmiddels was het weer opgeklaard en zijn we terug naar de camping gereden om alsnog de Red rocks trail te lopen. Een mooie route langs de kust. Tussen al het zwarte lava gesteente lagen opeens een aantal rode rotsen. En ook konden we er een aantal zeeleeuwen spotten! Super leuk want deze tijd van het jaar zitten er niet veel hier. Op de terugweg zijn we de bergen langs de kust in getrokken. Ik bedoel, we moesten onze dagelijkse ‘heuvel’ nog even meepakken en het uitzicht boven was prachtig!

De volgende dag hebben we de Interislander ferry genomen naar het Zuidereiland, een tocht van 3,5 uur. Het was echt een enorme boot en onze camper Billy mocht er ook op. Het waaide behoorlijk en er waren flinke golven. We werden al snel misselijk en zijn in het midden van de boot buiten op het dek gaan staan. Frisse lucht, dat hielp gelukkig, anders was het een lange rit geworden. Toen we de bergen van de Marlborough Sounds van het Zuidereiland naderden ging de wind liggen. Het was een prachtige route tussen de bergen door naar de haven van Picton, waar we een camping opgezochten.

Inmiddels zitten we alweer een tijdje op het mooie Zuidereiland maar hierover later meer. We hebben niet vaak elektriciteit om de laptop op te laden en we zijn ook bijna de hele tijd bezig (rijden, wandelen, koken, afwassen, poetsen…) dus we liggen wat achter met de foto’s en verhalen. Om de zoveel dagen vinden we wel weer een McDonalds, dus we komen er wel, alles op z’n tijd.

Tot de volgende keer! R&L

Foto’s Nieuw-Zeeland: Noordereiland deel I

Scroll naar boven

This content is protected