Zuidereiland: Christchurch, een walvis en gloeiwormen

Het Zuidereiland van Nieuw-Zeeland hebben we tot nu toe als ongelooflijk mooi en afwisselend ervaren. Mooie stranden, bossen, besneeuwde bergen, gletsjers, fjorden, helder blauwe meren, leuke dieren zoals zeehonden, zeeleeuwen, dolfijnen, pinguïns, veel vogels, en meer. Ook ons laatste weekje op het Zuidereiland was daarop geen uitzondering. 

Vanuit het gehuchtje Fairlie, waar we nieuwjaar gevierd hadden, zijn we verder gereisd naar Christchurch. In 2011 is Christchurch getroffen door 2 aardbevingen die veel verwoest hebben. De stad is nog steeds bezig met de wederopbouw. We hebben door het centrum van de stad gelopen waar veel gebouwen staan nog in de steigers staan en ook zijn er veel lege ruimtes tussen de gebouwen waar voorheen waarschijnlijk ook gebouwen hebben gestaan. Wel leuk is dat er veel mooie muurschilderingen te zien zijn op gebouwen en muurtjes en de stad heeft veel Engelse en Ierse invloeden. Alles bij elkaar geeft dat de stad een heel aparte sfeer. We zijn ook door de mooie botanische tuinen gelopen en langs het monument met 185 witte stoelen die symbool staan voor de mensen die omgekomen zijn bij de aardbeving.

We zijn niet lang in Christchurch blijven hangen en dezelfde dag nog doorgereisd naar de kustplaats Kaikoura. Lekker de radio aan in de camper en als we andere Happy Campers tegen komen (van hetzelfde verhuurbedrijf) dan zwaaien we even. Af en toe zwaaien ze terug en dan hebben we grote lol. Soms tellen we, om de tijd te verdrijven alle campers van Britz, een ander verhuurbedrijf, die we tegen komen op een dag (en dan denken we telkens weer even aan Britt en alle vrienden thuis 😄). 

Kaikoura staat erom bekend dat je er goed walvissen, dolfijnen, zeehonden en meer zeedieren kunt spotten. In de zee voor de kust van Kaikoura zit een diepe canyon (onder water) waarin veel dieren leven zoals inktvissen. Dat is voer voor walvissen en daarom worden hier veel walvissen gespot. Op walviscruises hier voor de kust is de kans 95% dat je een walvis ziet en als je er geen ziet krijg je bijna al je geld terug. We hebben allebei nog nooit een walvis gezien en alhoewel het behoorlijk commercieel is wilden we deze kans niet voorbij laten gaan.

Eenmaal aangekomen in Kaikoura hebben we direct voor de volgende dag een cruise geboekt. Het waren de laatste 2 plekjes op de laatste boot, dus we hadden nog net geluk. Sinds de kerst merken we echt dat het hoogseizoen hier begonnen is, de Nieuw-Zeelanders zelf hebben vakantie gekregen. Op campings is het eerder vol en overal is het drukker. We hebben deze dag ook de tickets voor de ferry naar het Noordereiland voor een paar dagen later aangekocht en de goedkoopste tickets waren allemaal al uitverkocht. Daar hadden we een aantal weken geleden geen last van toen we de tickets voor de ferry naar het Zuidereiland aankochten. Toch proberen we nog steeds zo weinig mogelijk vooruit te plannen zodat we vrij blijven om onze plannen op het weer of op spontane ideeen aan te passen. We hebben wel een globaal plan zodat het zeker mogelijk moet zijn om alles wat we willen doen in deze twee maanden die we hebben in te passen. Tot nu toe gaan we er sneller doorheen dan we verwacht hadden, maar dat geeft ons later op het Noordereiland eventueel  nog wat ruimte om te relaxen.

De volgende dag in Kaikoura hebben we eerst een mooie wandeling gemaakt, de peninsula walk, langs de kust waar op sommige plaatsen zeehonden lagen te zonnen. En eind van de middag was het tijd om te gaan whale whatchen! We hadden er zin in. De boot had er goed de vaart in en we gingen naar een plaats waar eerder op de dag een walvis was gespot. Met apparatuur werd vervolgens in het water geluisterd of ze walvissen konden horen. De eerste twee keer dat er gestopt en geluisterd werd was dat zonder succes, maar daarna werd er wel een signaal opgepikt en gingen we opeens met volle vaart verder. En ja hoor, daar lag een walvis in het water te dobberen. Het was een sperm whale, een walvissoort met een grote stompe kop die hier veel zit. De walvissen kunnen langer zijn dan de boot, maar vanaf de boot die er zo’n 50 meter vandaan lag, kun je dat niet goed zien. Je ziet wel de vin en het stuk rug tussen de vin en de kop een stukje boven het water uitkomen. Af en toe spoot hij water omhoog. Wat machtig om hier een walvis te zien liggen! Zo’n groot beest. We vonden het nogal wat. En wat super leuk was is dat er ook dolfijntjes om de walvis heen zwommen en sprongen. Af en toe kwamen de dolfijntjes even naar onze boot toe gezwommen en daarna zwommen ze weer terug. De walvis bleef zo 10 minuten of misschien een kwartier liggen voordat hij aanstalten maakte weer diep de zee in te duiken. Hij had weer genoeg zuurstof bij getankt. Dit was het moment! We zouden zijn staart gaan zien! Iedereen op de boot stond er klaar voor en we zagen hoe de staart boven het water uitkwam en de walvis in de zee verdween. We vonden het fantastisch. De dolfijntjes bleven nog even bij ons en ook zagen we nog een paar royal albatrossen, hele mooie grote vogels. Daarna zijn we weer teruggevaren naar de kust waar we nog wat zeehonden op een rots zagen liggen, en dat was het dan alweer. Veel te kort.. maar het was wel erg mooi geweest.

De volgende dag zijn we van Kaikoura naar Picton gereden. Picton is de plaats waar we met de ferry aangekomen waren vanaf het Noordereiland. Onze ronde over het Zuidereiland zat er nu bijna op. We hadden nog een dagje en besloten een stuk van de Queen Charlotte track te lopen, door de Marlborough Sounds en niet ver van Picton vandaan. Het was een stralende zomerdag en de wandeling was heel mooi. Door het bos wat lekker verkoelend was en met zo nu en dan uitzicht over de mooie turquase baaien die uitmonden in zee. We hebben er nog even lekker aan een strandje gezeten. 

Die avond hebben we gekampeerd op een boerderij-camping in het kleine plaatsje Linkwater. Dit was een tip van Erik en Jolien met wie we oud&nieuw hadden gevierd en het bleek een goede tip! Bij aankomst kregen we 2 muffins (deze camping kon voor Lisanne nu al niet meer stuk) en we kregen brokken om de schapen mee te voeren. Maar het leukste hier was dat de boerderij aan een bos ligt waar je zodra het donker wordt gloeiwormen kunt zien. Rond 21 uur, nog een uurtje voor het donker zou worden, liepen we samen met wat andere mensen bewapend met de brokken voor de schapen en een zaklamp voor later vanavond door het weiland richting het bos. Lisanne duwde de brokken snel in Rik zijn handen en ja hoor, de schapen wisten al hoe laat het was en kwamen op een drafje naar Rik toe. Die beesten zijn nog best groot. Na het weiland met de schapen liepen we langs een weiland met koeien en toen kwamen we bij het bos waar we naar een waterval zijn gelopen. Daar hebben we met wat andere mensen gewacht tot het donker werd en de gloeiwormen te tevoorschijn kwamen. Voorzichtig lichtten er een aantal op en hoe donkerder het werd hoe beter je ze zag. Rik is lekker in de weer geweest met het maken van foto’s. Met de zaklamp liepen we terug het bos uit en het bospad werd op sommige plaatsen ook goed verlicht door de gloeiwormen. Echt heel mooi! In Waitomo (op het Noordereiland) betaal je om een kwartier lang gloeiwormen te zien in een grot (wat wel heel mooi was), maar hier helemaal gratis, in de natuur, zo lang als je wilt. Toen we terugliepen door de weilanden zagen we twee possums op onze weg. Het zijn beesten die iets weg hebben van stinkdieren of wasberen, maar overdag hebben we ze nog nooit gezien (behalve aangereden op straat). Het zijn blijkbaar echte nachtdieren dus als het donker wordt komen ze tevoorschijn. Ze gingen al snel voor ons aan de kant, een boom in. Vanavond was de hemel super helder en heeft Rik nog wat foto’s van de sterren kunnen maken. Wat een mooie afsluiting van een mooie reis over het Zuidereiland van Nieuw-Zeeland!

De volgende ochtend zijn we met de ferry terug naar Wellington op het Noordereiland gevaren. We zijn direct doorgereden naar de mooie camping aan zee waar we ook de vorige keer in Wellington verbleven waren. Hier hebben we lekker uitgerust, we waren nog wat moe van de late avond tussen de gloeiwormen…

De komende weken gaan we het Noordereiland verder verkennen. Hier zijn we onze Nieuw-Zeeland trip ook begonnen, maar vanwege het wisselvallige weer waren we toen snel doorgereisd naar het Zuidereiland. Voor het Noordereiland hebben we nu alle tijd, want 30 januari vliegen we pas weer verder.. naar Australië! 

Tot de volgende keer! R&L

Foto’s: Zuidereiland deel III

Trampen op het Zuidereiland

In Nieuw-Zeeland noemen ze hiken ook wel trampen. En poeh, wat hebben wij de afgelopen dagen veel getrampt…

Onze trip over het Zuidereiland van Nieuw-Zeeland begon in Picton, waar we met de ferry vanuit het Noordereiland waren aangekomen. Het Zuidereiland is iets groter dan het Noordereiland, het is ongeveer 800km in lengte en 300km in breedte. Picton ligt in het noorden van het eiland, in het gebied Marlborough. Hier liggen ook de Marlborough Sounds, zeeinhammen omringd door groene heuvels met daartussen ‘verdronken’ valleien waarin de zee staat. Eenmaal aangekomen in Picton hebben we eerst een camping opgezocht en van daaruit zijn we gaan wandelen door een stukje van de Marlborough Sounds. Een wandeling bergop door het bos en eenmaal aangekomen bij de zee was het uitzicht prachtig. Het zeewater was helder turquase-blauw, daaraan lagen de omliggende groene heuvels en de lucht was mooi blauw. Eindelijk hadden we eens mooi zonnig weer in Nieuw-Zeeland. We hielden direct van het Zuidereiland. Wel zitten er hier meer muggen en zandvliegen. Zandvliegen zijn net als muggen, alleen voel je ze ook prikken. Met een korte broek is het oppassen geblazen en we zijn al behoorlijk lek geprikt.

Na Picton zijn we via een mooie route door de Marlborough Sounds langs de kust en via het stadje Nelson verder gereden naar Abel Tasman National Park. In Nelson zijn we de isite (een soort van VVV-kantoor) binnen gelopen voor wat informatie over Abel Tasman NP en we besloten een tripje te boeken voor de volgende dag om in het park te kajakken en hiken.

Het werd een sportieve dag! Met een groepje van 8 man kregen we in het dorpje Marahau, ten zuiden van het nationaal park, instructies voordat we met een gids de zee op gingen om langs de kust van het park te kajakken. Je kon met zijn 2en in een kajak, dus Lisanne voor om het tempo te bepalen en Rik, het powerhouse, achterin. Abel Tasman NP staat ook wel bekend om het heldere blauwe zeewater en de goudgele stranden. We hadden een goede dag uitgekozen want het was stralend weer, bijna geen wolkje aan de lucht. Het was ongeveer 8km (3 uurtjes) kajakken naar het strandje waar we zouden lunchen. Onze gids vertelde zo nu en dan wat weetjes over het park en over de vogels die we zagen. We kwamen langs een eilandje dat voor de kust lang en zagen daar zeehonden zonnebaden. Eenmaal op het strandje kregen we een lekkere lunch met brownies als toetje. Lisanne was helemaal in haar nopjes want ze mocht de overgebleven brownies meenemen. Daarna konden we zelf weer terug lopen naar Marahau, waar we onze tocht waren begonnen, maar we besloten eerst nog een paar kilometer verder door te lopen naar Anchoridge. Het pad ging door de tropische bossen (je hebt hier varens die eruit zien als palmbomen) langs de kust en zo nu en dan had je uitzicht over de zee en de kustlijn, prachtig! Bij Anchoridge was er een mooi strand en hebben we even bij de hut uitgerust voor we de 13km terug naar Marahau gingen lopen. Net toen we moe begonnen te worden kwamen we een jongetje met zijn vader tegen die een hol in de grond hadden gevonden waar een pinguïn in zat. Toen we gingen kijken zat de kleine pinguïn er nog steeds! Dat gaf weer energie voor het laatste stukje wandelen. Bij het bedrijf dat de kajaks aan ons verhuurd had konden we achteraf een warme douche nemen. Dat was fijn en verfrissend.

De volgende dag zijn we verder gereden door Takaka richting het noorden van Abel Tasman NP. Onderweg hebben we nog een paar treks gelopen. Een trek van 2 uur langs een hydro station waar je kon zien hoe ze stroom deden opwekken met het water uit de aangelegde waterweg. Daarna hebben we nog een half uur gelopen naar de heilige Te Waikoropupu springs. Dat is een zoetwaterbron met misschien wel het helderste water in de wereld, zo zeggen ze. Het water was inderdaad heel mooi helder en lichtblauw. Je kon alle waterplanten erin zien tot een aantal meter diep. Daar waar het water uit de aardkorst naar boven kwam zag je het bubbelen. Dit was een leuke tussenstop.

‘s Avonds op onze kampeerplaats waren we behoorlijk moe van al het wandelen de afgelopen dagen. We hebben gemerkt dat het probleem hier in Nieuw-Zeeland is dat er te veel te doen is. Overal is wel een trek te lopen, een waterval te bekijken, een viewpoint om een foto te maken. Bijna overal is het mooi. Maar van al dat lopen en bezig zijn wordt je ook moe. We namen ons voor om af en toe ook wat extra rust in te lassen zodat we ook goed fit blijven.

Maar nog niet de volgende dag want we wilden ook nog een noordelijk stukje van Abel Tasman NP bezoeken. Op weg naar het park kwamen we langs de Wainui Falls, dat bleek een hele leuke trek te zijn van 45 minuten naar een mooie waterval. Daarna reden we door naar Totaranui in Abel Tasman NP. We hebben er een mooie wandeling door het bos gemaakt en kwamen langs verlaten strandjes waar we van een afstandje zeeleeuwen in het water zagen zwemmen. We zagen ook een paar kiwi’s lopen door het bos, althans dat dachten we. Achteraf kwamen we erachter dat dit weka’s zijn, maar ze lijken dan wel verdacht veel op kiwi’s. Ons deed de vogel denken aan een soort van kruising tussen een kip en een eend.

De volgende dag zijn we door gereden naar het meest noordelijke puntje van het Zuidereiland, naar Wharariki Beach en naar Puponga. Wharariki Beach was boven verwachting leuk! Toen we het strand op kwamen lopen waren zeehondjes in de golven aan het spelen. Ze lieten zich lekker op de golven mee gaan en waren met elkaar aan het stoeien. Een stukje verderop staan rotsen in de zee die beter bekend zijn als de rotsen van de screensaver van Microsoft. Een van de twee rotsen heeft een gat in het midden en ziet er eigenlijk uit als een boog. Heel mooi. En nog een stukje verderop op het strand stonden rotsen die bestonden uit veel verschillende kleine steentjes die aan elkaar vast geplakt zaten, of zo. Het was allemaal mooi om te zien en toen we over het strand weer terug liepen werd ons de weg even gesperd door een zeehond die langs ons heen kwam huppen. Een stukje verderop in het kleine stadje Puponga had je vanaf een berg mooi uitzicht over de hele ‘golden bay’ en over de zandbanken in het uiterste noorden van het Zuidereiland.

Na het meest noordelijke puntje van het eiland bezocht te hebben besloten we dit deel van het land te verlaten en een flink stuk naar het zuiden te rijden en hebben we overnacht bij een free campsite bij de Maruia Falls. Het is heerlijk om zo in de natuur te kunnen kamperen alleen is het jammer dat er zoveel zandvliegen zitten. Daardoor, en ook vanwege een regenbui zo nu en dan, zitten we ‘s avonds toch vaak in de camper in plaats van buiten. Ook heb je daardoor niet heel veel contact met andere kampeerders. Iedereen is ‘s avonds ook bezig met zijn eigen ding en plannen aan het maken voor de volgende dag. Dat is toch iets anders dan het kamperen zoals we dat gewend zijn in Nederland of Frankrijk waar je langer dan een dag op dezelfde camping staat en meer aanspraak met de buren hebt. Op sommige betaalde campings zijn wel gezamenlijke keukens waar we kunnen koken en met andere mensen kletsen. Daar hebben we op zijn tijd ook wel behoefte aan. Het voordeel van met zijn tweeën reizen is dat we ons eigenlijk nooit eenzaam voelen, maar zo nu en dan onder andere mensen komen is wel fijn. Sowieso is het leuk om tips en ideeën uit te wisselen met andere reizigers.

De volgende dag zijn we via Punakaiki doorgereden naar het stadje Greymouth. In het kustplaatsje Punakaiki heb je de ‘pancake rocks and blowholes’. De pancake rocks hebben groeven waardoor ze eruit zien als stapels pannenkoeken. Lisanne kreeg er honger van. En daartussen lagen de blowholes. Gaten in de rotsen waardoor de zee water naar boven spuugde. Een blowhole zag eruit als een schoorsteen, het water dat uit de rotsen kwam zag eruit als rook die uit een schoorsteen komt, vandaar ook zijn naam Chimney.

Het was een mooie route verder langs de kust naar Greymouth. Daar konden we op een free campsite aan het water staan. Het regende die avond, maar vlak voor de zonsondergang rond 21:30 uur klaarde het op en we hebben in Nieuw-Zeeland nog niet eerder zo’n mooie zonsondergang gezien. Bij de kleine vuurtoren aan de kade hebben we staan kijken naar de mooie kleuren in de lucht.

De dag erna verlieten we de westkust om het binnenland in te trekken, richting de Nieuw-Zeelandse Alpen. We begonnen de dag ‘trampent’ met een wandeling van een uurtje naar een waterval en daarna reden we verder landinwaarts. Bij een tussenstop in de buurt van Hotikita zagen we dat de camper een beetje water lekte (alsof Billy de camper een loopneus had). We hadden het vermoeden dat het van de airco was die aanstond maar besloten voor de zekerheid even een service garage binnen te rijden. Een monteur kroop vrijblijvend even onder de camper, constateerde dat het de airco was en dat het volkomen normaal was, en wij konden gerustgesteld verder rijden naar Franz Josef.

Eenmaal in Franz Josef zijn we eerst het informatiecentrum binnen gelopen om te kijken wat er allemaal te doen is en welke hikes je kunt doen. We besloten de volgende morgen om 5 uur (!) op te staan zodat we om 6 uur aan een trek konden beginnen die de bergen in ging. Ze hadden vanaf 11 uur namelijk bewolking voorspeld en dat wilden we voor zijn. De hike ging naar een uitzichtpunt van waaruit je de Franz Josef Gletsjer kon zien liggen. Het was 2 uur bergop lopen/klauteren door een bos/jungle maar het uitzicht was dat zeker waard. Daarna wilden we nog een korte trek doen naar een uitzichtpunt van waaruit je de gletsjer van dichtbij (750m) kon zien. Allemaal gelukt voordat de wolken kwamen! De zon scheen ook die ochtend, grappig om in een t-shirt een gletsjer te bekijken. We besloten daarna om door te rijden naar Fox Glacier, nog een gletsjer ongeveer 40 km verderop. We reden via Lake Matheson dat erom bekend staat dat de Alpen met hun besneeuwde toppen in de verte zo mooi reflecteren in het water van het meer. Eerst hebben we er op de parkeerplaats geluncht. Dat is handig met de camper, we hebben onze keuken altijd bij ons. Helaas stond er wind op het meer en was de reflectie door de rimpelingen van het water niet echt te zien, maar evengoed was het een mooie wandeling om het meer. De treks rondom De Fox gletsjer waren helaas afgesloten omdat het pad naar de gletsjer onlangs was ingestort en het herstellen ongeveer een maand ging duren. Die gletsjer hebben we dus alleen vanuit de verte gezien.

Daarna zijn we verder naar het zuiden gereden en de route ging weer een stukje langs de westkust via de plaats Haast. Wij hadden gelukkig geen haast en konden een aantal kilometer voor Haast een tussenstop maken voor de Ship Creek Walk, een korte route langs het strand. Bij dit strand worden geregeld dolfijnen gezien. We meenden in de verte al een paar vinnen boven het water uit te zien komen, maar toen we dichterbij kwamen bleken dat vogels. We liepen nog een stukje verder en hadden de hoop al bijna opgegeven toen we daadwerkelijk groepjes vinnen boven het water uit zagen komen. Toen we iets dichterbij liepen sprongen een paar kleine dolfijnen een paar keer in de lucht om een salto te maken. Super leuk om te zien. Het was alle zandvliegen die hier rondvlogen en ons verveelden meer dan waard.

Op weg naar Wanaka, een stadje landinwaarts tussen de Alpen, reden we langs het mooie Lake Wanaka, een heel mooi helder blauw meer omringd door de bergen. Op sommige bergtoppen lag nog een beetje sneeuw. Er lag een camping aan het meer en we besloten hier te blijven voor de nacht. Rik heeft deze nacht zijn wekker op 02:30 gezet om te bekijken of het mogelijk was om de sterren te fotograferen. De lucht was helder en op het strandje bij onze overnachtingsplaats heeft hij prachtige sterrenfoto’s kunnen maken.

Tot zover stelt Nieuw-Zeeland absoluut niet teleur. Vriendelijke mensen, leuke dieren (behalve de zandvliegen) en prachtige, afwisselende natuur. We kijken ernaar uit om hier de komende weken nog wat meer te ‘trampen’.

Foto’s Zuidereiland deel I

Scroll naar boven

This content is protected