Nepal: Annapurna circuit deel I

Namaste!

Ons laatste bericht is weer even geleden omdat we de afgelopen weken in de bergen van Nepal het Annapurna circuit hebben gelopen, behoorlijk afgesloten van de buitenwereld. Omdat het anders wel een heel lang verhaal zou worden, komt hier eerst deel I (van II) van onze tocht.

Eind oktober zijn we vanuit Bangkok (Thailand) naar Kathmandu gevlogen, de hoofdstad van Nepal. Vanuit het vliegtuig konden we in de verte al wat witte bergtoppen van de Himalaya zien liggen. Te gek! In Thailand hebben we aan de stranden wat energie op kunnen doen voor Nepal, want dat zouden we wel nodig gaan hebben. We hadden namelijk het plan om in Nepal een trekking te gaan doen, en na wat onderzoek werd dat het Annapurna circuit. Dat leek ons niet te makkelijk en niet te moeilijk, niet te lang en niet te kort en lekker afwisselend. Het circuit loopt langs de Annapurna bergtoppen in de Himalaya waarvan de hoogste berg 8091 meter hoog is, de Annapurna I. Dat is de op 9 na hoogste berg ter wereld. Ter vergelijking, de Mount Everest, aan de andere kant van Nepal, is 8848 meter hoog. Je kunt de trekking op jezelf doen of met een gids en wij besloten om via Snowleopard een gids in te schakelen. Will, met wie we in Mongolië een tijdje samen gereisd hebben, heeft ook een paar trekkings gedaan met deze maatschappij, waaronder het Annapurna circuit, en hij was hier erg enthousiast over. Keuze dus gemaakt en achteraf waren we heel blij met deze keuze want we kregen een super goede en leuke gids. In Kathmandu heb je ook veel kleine bedrijfjes die allemaal trekkings aanbieden, maar daar zie je door de bomen het bos niet meer. Uiteindelijk zijn we onderweg verschillende mensen met gidsen tegen gekomen en zeker niet alle gidsen bleken even goed of betrokken te zijn.

We hadden de trekking een paar weken van te voren geboekt en werden op het vliegveld in Kathmandu, nadat we ons visum voor Nepal hier geregeld hadden, door Tek, onze reisgids voor de komende weken opgewacht met traditionele oranje bloemenkransen. Dat was een leuk welkom. Eerst ging hij met ons naar het kantoor van Snowleopard in Kathmandu. Hier kregen we een kop melkthee en een briefing voor de komende dagen. We hebben een uur bij hen op kantoor gezeten. We hadden zelf al besloten eerst nog 2 dagen in Kathmandu te verblijven voordat de 17-daagse trekking (inclusief de busritten er naartoe) echt ging beginnen. Dat gaf ons nog wat tijd om de laatste trekkingspullen aan te schaffen. Alle vragen die we nog hadden hebben we op het kantoor gesteld (waar gaan we allemaal naartoe, wat voor kleren en andere spullen hebben we nodig, etc) en toen werden we naar ons hotel in Kathmandu gebracht om even bij te komen van de vliegreis en alle indrukken.

De volgende dag, en hier keek vooral Lisanne naar uit, was het shopdag! Het is al lang geleden dat we zijn wezen shoppen! Want sinds we besloten hebben om te gaan reizen (in januari) hebben we alleen nog de noodzakelijke kleren voor de reis gekocht en dat was niet veel. Al het andere zouden we de komende tijd toch niet kunnen dragen. Nu gingen we dan weliswaar shoppen voor trekkingkleren, maar evengoed leuk! In de wijk Thamel in Kathmandu heb je naast veel leuke winkeltjes met sieraden en klankschalen, heel veel zaakjes voor trekkingspullen. Perfect en lang niet zo duur als in Nederland alhoewel het misschien niet allemaal merkspullen zijn (zoals the North Fake). We hebben allebei een paar shirtjes, trekkingbroek, buf, een paar dikke sokken en een warme muts gehaald. Ook weer niet te veel want we moeten het allemaal meeslepen. De volgende dag hebben we ook nog wat koekjes en mueslirepen ingeslagen (die zijn in de bergen een stuk duurder) en toen waren we klaar om te gaan.

Kathmandu hebben we verder nog niet uitgebreid bezocht, dat komt na de trek misschien nog, misschien ook niet. Wel hebben we in de super stoffige straten een paar leuke restaurantjes ontdekt en de Nepalese lassi (yoghurtdrank met fruit) en dahl baht geprobeerd. Dahl baht zouden we ook tijdens de trekking nog veel gaan eten. Het is een schotel met rijst, dahl (een soort soepje van linzen), curry, groenten en een cracker. Alle Nepalezen eten het en dan meestal 2x per dag, als lunch en diner.

Een backpack met al onze korte broeken en andere spullen die we niet nodig zouden hebben lieten we achter bij het kantoor van Snowleopard. Naast Tek, onze gids, ging er ook een ‘porter’ mee, Lakpa, die tijdens de trek onze andere backpack zou dragen met de kleren die we wel nodig hadden. Zo hoefden wij tijdens het wandelen alleen onze daypack te dragen met de camera erin, wat water en koekjes. Het was ongelooflijk hoe gemakkelijk Lakpa, een man van een jaar of 50, onze backpack de volgende dagen door de bergen droeg, samen met de slaapzakken en zijn eigen tas. Het leek af en toe of hij vloog zo snel ging hij bergop en bergaf en in vrije uurtjes ging hij voor de lol nog een stuk wandelen. En als je hem vroeg of het goed met hem ging zei hij altijd dat alles prima was (easy peasy).

Voordat we gaan beginnen met de trek over het Annapurna circuit eerst een overzicht van de route, kilometers en hoogtes zodat je een beeld krijgt van onze tocht. Zoom in om de route te bekijken (blijkbaar werkt de standaard zoomfunctie niet goed).

DagTrajectAantal kmHoogte
Dag 1Bus Kathmandu - Ngadi189 km890m.
Dag 2Ngadi - Ghermu11 km1150m.
Dag 3Ghermu - Chamje8 km1650m.
Dag 4Chamje - Dharapani14 km1943m.
Dag 5Dharapani - Chame14 km2670m.
Dag 6Chame - Pisang11 km3200m.
Dag 7Pisang - Manang18 km3540m.
Dag 8Acclimatisatie dag in Manang5 km3540m.
Dag 9Manang - Khangsar5 km3734m.
Dag 10Khangsar - Tilicho basecamp8 km4150m.
Dag 11Tilicho lake (4920m.) vanuit het basecamp11 km4150m.
Dag 12Tilicho basecamp - Shree Kharka6 km3850m.
Dag 13Shree Kharka - Jak Kharka10 km4090m.
Dag 14Jak Kharka - Thorong Phedi7 km4430m.
Dag 15Thorong Phedi - Muktinath (via Thorong La Pass op 5416m.)14 km3650m.
Dag 16Muktinath - Jomsom (via Kagbeni)23 km2720m.
Dag 17Bus Jomsom - Pokhara153 km1400m.

De eerste dag gingen we met de bus van Kathmandu naar Besisahar en daarna nog met een lokaal busje naar Ngadi, het startpunt van onze tocht. Na een super stoffige rit (alle straten in Nepal zijn heel erg stoffig en dat waait door alle raampjes de bus binnen) in een krappe, volgepakte bus met andere trekkers, wat locals, kratten tomaten in de gangpaden en traditionele Nepalese muziek hard door de luidsprekers, kwamen we eind van de dag in Ngadi aan. Ngadi ligt op een hoogte van 890 meter. We zouden later deze trek naar een maximale hoogte van 5416 meter lopen.

Tijdens de trek sliepen we in theehuizen in kleine dorpjes onderweg. De kamers waren heel eenvoudig: 2 houten bedden met een matras, kussen en een deken, een tafeltje en that’s it. Geen verwarming, geen badkamer, geen kast, geen spiegel en meestal ook geen stopcontacten om apparatuur op te laden. Tegen het einde van de trek hadden we ergens een kamer met eigen badkamer. Dat wilde zeggen: onze kamer had een extra ruimte met een gat in de grond, een prullenbak en een emmer water om mee door te spoelen. Hoefden we middenin de nacht in ieder geval niet naar buiten om naar de wc te gaan. Wat een luxe.
Het eten bij de theehuizen was dan wel weer uitgebreid en erg lekker. Naast de traditionele dahl baht kon je ook allerlei stevige pasta-, rijst-, aardappel-, en soms nog andere exotische gerechten bestellen. We hebben alle dagen goed en veel gegeten. We hadden ook telkens goede honger van al dat wandelen.

Tijdens onze eerste loopdag was de omgeving nog mooi groen met veel rijstterrassen, bananenbomen en kleine dorpjes in de bergen. We liepen langs de rivier af en werden omringd door hoge bergen, maar zagen nauwelijks sneeuw. Onze planning was om het circuit in 15 dagen te lopen inclusief een rustdag halverwege in Manang om aan de hoogte te wennen. Je kunt het ook in minder dagen lopen, maar wij hebben het rustig opgebouwd. De eerste twee dagen waren we rond de middag al op onze eindbestemming van de dag. Dat betekende dat we bij aankomst gingen lunchen en de rest van de middag lekker uit konden rusten, kaarten of een rondje door de omgeving lopen. Die eerste twee dagen hadden we nog wel de energie om een rondje te gaan lopen. Zo zijn we op dag 2 in de middag naar een hele hoge mooie waterval bij Chamje gelopen met uitzicht over de hele vallei.

Vanaf dag 3 werden de afstanden iets groter. We begonnen telkens voor 8 uur met lopen, gingen rond de middag in een dorpje (dat soms slechts uit een paar huizen bestond) lunchen, en daarna nog een of twee uur verder lopen naar onze slaapplaats. De rivier die we afliepen werd naarmate we hoger kwamen steeds helderder blauw. De uitzichten waren elke dag weer prachtig, maar pas vanaf dag 4 kregen we zicht op de sneeuwtoppen van de Annapurna II (7936 meter hoog) en een paar anderen. Ondertussen hadden we prachtig weer en scheen de zon fel. Heel gek, we hadden misschien 3 laagjes kleren aan en toch is Lisanne ondertussen in haar gezicht verbrand (en dat gebeurt echt niet vaak) zo fel was de zon. Maar zodra de zon achter de bergen verdween, rond 15:30 of 16:00uur was het ook direct koud. In de theehuizen was niet altijd verwarming. In de koudere dorpjes op grotere hoogte ging de kachel in de gezamenlijke ruimte soms rond 17uur eindelijk aan. Daar was iedereen dan ook te vinden. Tot die tijd warmden we ons aan wat melkthee, gemberthee of warme chocomelk en hadden we ondertussen al onze kleren aan en de mutsen op. Rond 19 of 20uur was de kachel wel weer uitgebrand en het kwam niet vaak voor dat we pas na 20uur in bed lagen. Elke dag opstaan om 6:30uur was dan ook geen probleem.

We ontbeten in de koude eetzaal met warme havermoutpap met appel en waren blij om te gaan lopen zodat we weer warm werden. Die eerste week was het lopen goed te doen. ‘s Middags voelden we de beentjes wel van het lopen maar ‘s ochtends vroeg voelden we ons weer fit. Met name de laatste dag voor onze rustdag, het traject van Pisang naar Manang (18km) was een pittige maar mooie dag. In de ochtend moesten we 1,5 uur lang stijl klimmen. Maar het uitzicht was fantastisch. Eenmaal boven konden we weer allemaal sneeuwtoppen zien die we eerder nog niet gezien hadden, waaronder Annapurna III en Annapurna IV, heavens gate en Manaslu. Hier hebben we even lekker op de bergtop zitten genieten en, zoals iedereen, lekkere kaneelbroodjes gegeten die hier in een kraampje verkocht werden. Hierna ging de tocht verder naar Manang waar we uiteindelijk uitgeput rond 4 uur in de middag aankwamen.

Na 6 dagen lopen hadden we een rustdag in Manang op 3540 meter hoogte. We hadden tot nu toe nog geen last van de hoogte gehad en deze dag was om te wennen aan de grotere hoogte voordat we weer verder trokken, uiteindelijk richting de 5416 meter. Het was rustdag maar onze gids Tek had plannen met ons om naar een mooi uitzichtpunt in de buurt te gaan. Dat was zeker 1,5 uur bergop wandelen… tot zover de rustdag. Eenmaal boven waren we dat evengoed snel vergeten want daar was het 360-graden uitzicht over de hele omgeving fantastisch.

Onderweg kwamen we vaker dezelfde mensen tegen, iedereen loopt immers dezelfde route en per dorpje zijn er niet veel verschillende theehuizen. Zo hebben we een dag gezellig met wat Duitse meiden opgetrokken, kwamen we telkens dezelfde Amerikanen en Belg tegen en hadden we rondom de kachel en bij het ontbijt leuke gesprekjes met andere trekkers. Ook met Tek en wat Nepalese vrienden van hem hebben we veel gekaart en wat leuke nieuwe Nepalese kaartspelletjes geleerd zoals Dumbal en blackjack (niet de blackjack die wij kennen). Iedereen vond het hilarisch toen Rik op zijn eerste avondje Dumbal alle Nepalezen nipt in wist te maken.

Tijdens onze rustdag in Manang hadden we ook tijd om de was eens te doen, wat erg fijn was omdat we niet heel veel verschillende kleren bij ons hadden. En we hadden tijd om onszelf weer eens te wassen. Warme douches waren schaars tijdens de trek (lang leve de vochtige doekjes). Toen Rik deze rustdag ging douchen was de douche lekker warm, maar toen Lisanne een uurtje later ging was het warme water al ver op en kreeg ze een lauwe douche. Evengoed beter dan die koude douche van een aantal dagen eerder.

De tweede helft van de trek komt binnenkort in deel II. Dat geeft ons ook nog wat tijd om de rest van de foto’s uit te zoeken, want dat is een behoorlijk uitzoekwerk, zo veel hebben we er gemaakt. Tijdens de tweede helft van de trek hebben we het hoge Tilicho Lake (op bijna 5km) bezocht en zijn we de Thorong La Pass op 5416 meter hoogte met de nodige moeite en wat last van hoogteziekte over gegaan.

Foto’s Annapurna circuit deel I

Hanoi & Sapa

Onze eerste week in Vietnam hebben we in Hanoi (de hoofdstad van Vietnam) en Sapa (een dorpje in de bergen met veel rijstterrassen) doorgebracht. De samenvatting is dat we Sapa prachtig vonden en van Hanoi waren we niet zo heel erg gecharmeerd, daar was het vooral erg druk.

Vanuit Hongkong zijn we op Hanoi gevlogen en met de openbare bus zijn we van het vliegveld naar het centrum van Hanoi gegaan. Het was een vlotte rit, totdat we in het centrum kwamen, dat was een grote chaos. De wegen zijn erg druk met voornamelijk scootertjes en ook met auto’s. Met onze backpacks zijn we naar ons hotel gelopen aan de rand van het Old Quarter, de bekendste wijk in Hanoi. Lopen door de stad is een gekkenhuis. Op de stoepen hebben vrouwen hun koopwaren en etenswaren uitgestald, van groente en fruit tot rauw vlees en vissen en garnalen in emmers. Daar moet je omheen lopen zonder ondertussen door een scooter omver gereden te worden. Oversteken is de grootste uitdaging want voor zebrapaden wordt niet gestopt. Ook niet als er een stoplicht staat en het licht op groen gaat. We werden al snel behendig in het gewoon lopen en hopen dat ze voor je aan de kant gaan. Dat is ook het veiligste, het is juist gevaarlijk om opeens stil te gaan staan en te wachten op een auto of een scooter want daar rekenen ze niet op.

We zijn 2 dagen in Hanoi gebleven en zijn o.a. bij het stadsmeer in Old Quarter geweest (waarvan het water erg vies is) en zijn gewandeld naar West Lake, het andere grotere stadsmeer in Hanoi (waarvan het water ook erg vies is). We vonden dat er niet heel veel bezienswaardigheden waren die de moeite waard zijn. Wat wel leuk was, was het waterpoppentheater. We hebben daar een voorstelling van een uur bijgewoond, waarin veel losse sketches met waterpoppen op werden gevoerd. Een beetje als een poppenkast, maar dan in een waterbak en ietsje groter. Het werd begeleid door traditionele Vietnamese muziek en gezang. Grappig voor een keer en we leerden zo al een beetje over sommige gebruiken en tradities in het land. Ook zijn we langs het mausoleum van Ho Chi Minh gelopen en langs het huis van de president. Verder hebben we op een leuk dakterras Vietnamese loempia’s gegeten. Hmmm lekker!

Vanuit Hanoi zijn we met de slaapbus naar Sapa gegaan, een plaatsje in het noordwesten van Vietnam op zo’n 6 uur rijden van Hanoi. We vertrokken ‘s ochtends om 7 uur, dus slapen was niet nodig, maar het was de enige bus die we konden krijgen en het was eigenlijk wel comfortabel! De bedden lagen lekker en waar Lisanne wel eens wagenziek wordt bij bochtige wegen, had ze nu nergens last van (en de wegen waren behoorlijk bochtig aangezien Sapa in de bergen ligt). We moesten onze schoenen uit doen bij het instappen van de bus en bij tussenstops kwam er een bak met slippers tevoorschijn die we dan aan konden trekken.

In Sapa verbleven we in een leuke home stay met hele aardige eigenaren. Ze deden goed hun best om alles voor ons te regelen en gaven ons advies over welke trekking we het beste konden doen. De dag na aankomst begonnen we aan de 2-daagse trekking door de rijstterrassen. We hadden een groep met 3 Belgische meiden, een Nederlandse meid, een Zweedse jongen en een Mexicaanse vrouw. Leuk om weer iets met een groep te doen. Onze gids was een Vietnamese vrouw van de Hmong stam. Die stam leeft in dit gebied. Ze was mooi traditioneel gekleed. We werden begeleid door nog een paar dames en meisjes van de Hmong stam, die ook vooral probeerden om hun armbandjes, tasjes en portemonneetjes aan ons te verkopen.

We hadden geluk met het weer, het heeft hier de afgelopen weken namelijk veel geregend, maar we hebben alleen bij het vertrek een half uurtje regen gehad en daarna is het weer twee dagen mooi en zonnig geweest. De route ging veel over zandpaadjes tussen rijstvelden door en door de bossen en vanwege de regen de afgelopen tijd waren de paadjes op delen heel modderig en glad. Het was ongelooflijk hoe gemakkelijk de Hmong meisjes op hun slippertjes of laarzen over de gladde paden gingen. Ondertussen hielden ze ons bij de hand op de gladdere stukken. Super fijn! Lisanne heeft misschien wel een uur lang hand in hand gelopen met een van de meisjes. Maar ze is niet uitgegleden, in tegenstelling tot Rik die het op eigen houtje aandurfde. Als bedankje hebben we leuke armbandjes van haar gekocht. Een effectieve verkoop tactiek van het meisje..

Zo ging de route door de bergen en de uitzichten waren prachtig! De rijst kleurt nu groen-geel en op sommige plaatsen waren de mensen de rijst al aan het oogsten. We zagen ook hoe boeren de rijst uit de rijststengels deden kloppen en hoe vervolgens de rijstkorrels van de pulp werden gescheiden door de rijst in de wind te laten vallen. De pulp waait dan weg en de rijstkorrels (die zwaarder zijn) vallen recht omlaag.

De eerste dag hebben we ruim 8 km gelopen. We hebben lekker geluncht in een klein dorpje onderweg, en vervolgens in het volgende kleine dorpje zijn we met zijn allen bij een home stay blijven slapen. Heel leuk om hier tussen de Vietnamezen te verblijven. De familie had lekker voor ons gekookt, we hebben wat rijstwijn gedronken en hebben met zijn allen op de slaapzolder geslapen.

De volgende dag was het nog ongeveer 5 km verder lopen naar het kleine dorpje Ta Van, het eindpunt van de trekking. We hebben er nog lekker noodle soep en gebakken rijst gegeten voordat we met een busje teruggereden werden naar Sapa. Vanuit het busje konden we de mooie vallei zien waar we de afgelopen twee dagen doorheen gelopen waren. Super mooi!

De volgende dag waren we van plan om de bus te nemen naar Ha Long Bay, aan de kust van Vietnam. Echter was de verwachting dat de typhoon die afgelopen week de Philipijnen en Hong Kong had aangedaan ook naar de Vietnamese kust zou komen. De boten zouden daarom niet varen op Ha Long Bay de komende paar dagen, en met een bootje varen is juist hetgeen wat leuk is om daar te doen. We zijn daarom een dag langer in Sapa gebleven. Het regende wel de hele dag (mogelijk vanwege de typhoon) dus we hebben een rustdag genomen.

De volgende dag zijn we alsnog naar Ha Long Bay afgereisd met de slaapbus. Deze slaapbus was net iets minder comfortabel dan de vorige omdat de bedden op Vietnamezen gebouwd waren en wij daardoor onze benen niet konden strekken. Het was daardoor een behoorlijk gebroken nacht en om 4 uur werden we met zijn allen bij een hotel in Ha Long Bay gedropt. En het regende ook nog. We hadden voor de volgende dag een home stay geboekt en wilden gaan kijken of we daar nu al in konden checken. Met een ander koppel dat dezelfde richting uit moest hebben we een taxi gedeeld en tot ons grote geluk mochten we al onze kamer in. Gelukkig hebben we dus toch nog wat slaap kunnen pakken.

Inmiddels verblijven we nu al een paar dagen in het mooie Ha Long Bay, maar hierover later meer.

Foto’s Hanoi & Foto’s Sapa

Scroll naar boven

This content is protected