Toeren op Hokkaido

Hokkaido is het meest noordelijke eiland van Japan. Het is een wereld van verschil met Honshu, het grootste eiland van Japan waar we net vandaan komen. Waar in Honshu alle vlakke gebieden zijn volgebouwd met steden, zoals het enorme Tokyo en Osaka, voelt Hokkaido als een oase van rust. Het heeft 5,5 miljoen inwoners (waarvan bijna de helft in de hoofdstad Sapporo woont) tegenover ongeveer 104 miljoen op Honshu. Ook van alle gekkigheid op Honshu, zoals winkeltjes, kraampjes, karaokebars en andere attracties met veel lichtjes, muziekjes en andere kermis is hier weinig te merken. Het is een stuk minder toeristisch (het is hier ook nog geen hoogseizoen) en het aantal blanke mensen dat we in een week tijd gezien hebben is op 2 handen te tellen.

We hebben afgelopen week Hokkaido verkend met een huurauto, omdat het openbaar vervoer niet in alle natuurparken komt. Het was heerlijk om weer de vrijheid en onafhankelijkheid te hebben van reizen met een auto en overal te kunnen gaan waar je wilt. We zijn er wel over uit dat met de auto of de camper toeren onze favoriete manier van reizen is. Een muziekje aan en gaan!

In Japan rijdt men aan de linkerkant van de weg. Daar zijn we inmiddels wel aan gewend, want het afgelopen half jaar hebben we niet anders gedaan in Thailand, Nepal, Nieuw-Zeeland en Australië. Wat hier in Japan heel apart is, is dat op wegen waarop je in Nederland 80km/uur zou mogen rijden, je hier maar 40 of 50km/uur mag rijden. Het slaat helemaal nergens op want je zou hier makkelijk harder kunnen rijden. Dat denken de Japanners zelf blijkbaar ook want iedereen rijdt hier standaard veel te hard! We zijn op een gegeven moment ook maar gewoon met het verkeer mee gaan rijden (wel zo veilig), dus even duimen dat we straks bij thuiskomst geen verkeersboete op de deurmat hebben liggen!

Hier op Hokkaido is het nog winter. Vanwege de meer noordelijke ligging komt begin mei pas de lente inzetten. Alle bomen waren dus nog kaal en werkelijk overal lag nog sneeuw! En dat terwijl het op sommige dagen boven de 20 graden was. In de winter valt hier zo’n dik pak sneeuw dat het een hele tijd duurt voor alles weg gesmolten is. Veel mensen komen hier in de winter ook naartoe voor de wintersport vanwege de fijne poedersneeuw. Een aantal wegen in sommige nationale parken waren nog afgesloten vanwege de sneeuw. We kwamen erachter dat we net een week te vroeg op Hokkaido waren, want komende week gaan de wegen weer open! We hebben daarom helaas een paar plaatsen die op ons lijstje stonden niet kunnen bezoeken. Maar de meeste dingen gelukkig wel.

Onze eerste stop was bij de stad Noboribetsu. Dat klinkt niet alleen Russisch, het voelde ook een beetje Russisch aan. Zoals veel stadjes hier zag het er wat grauw en kil uit. Ook de omgeving doet ons wat aan Rusland denken, met name vanwege de vele berkenbomen met hun witte basten. Die hebben we in Rusland vanuit de Trans-Siberië Express ook eindeloos lang gezien.

We hadden wel een super sfeervolle blokhut via Airbnb gevonden aan de rand van Noboribetsu. Het lag een beetje afgelegen aan een rivier en we hadden de hele blokhut voor onszelf. Eindelijk weer eens wat ruimte! De meeste Japanse kamers zijn namelijk erg klein. Met name de badkamers zijn zo klein dat je er je kont soms letterlijk niet kunt draaien. Het houten huisje had niet alleen een mooie keuken maar ook een woonkamer met openhaard, een slee die als tafel diende en een grote hertenkop aan de muur. En op het toilet was de wc-bril bekleed zodat je lekker zacht en warm kon zitten. We hebben gezellig de kachel aan gemaakt en op zondagavond de Formule 1 gekeken met wat sushi erbij. De tweede avond in de blokhut hebben we er helemaal een feestje van gemaakt door zelf weer eens pasta met tomatensaus te kokkerellen. Heerlijk! Ook al is de sushi die je in de supermarkten kunt krijgen erg lekker, we zijn de rijst en rauwe vis toch een beetje beu aan het worden.

Vanuit onze blokhut hebben we Lake Toya bezocht. Het is van oorsprong een kratermeer. Langs het meer staat Mount Usu, een actieve vulkaan die de laatste 500 jaar zeker 1 keer elke 50 jaar is uitgebarsten, voor het laatst in 1977. We konden er met een kabelbaan naar boven, samen met een bus Chinezen en Koreanen. Het was weer een tijdje geleden voor ons, maar hier waren wijzelf weer eens de attractie. Meerdere mensen kwamen ons vragen waar we vandaan kwamen, Lisanne moest met een vrouwtje op de foto en een man kwam ons even later enthousiast een foto van hemzelf bij een molen laten zien: “Your country! Your country!”.

Van bovenop de vulkaan hadden we ondanks de wolken best goed uitzicht op de krater, het stadje onder ons, Lake Toya en Mount Showa Shinzan. Mount Showa Shinzan is bij de uitbarsting van 1944 ontstaan en er komt allemaal damp uit de berg, tussen alle rotsspleten door. Een onheilspellend beeld! Toen we weer onder waren zijn we met de auto een leuk rondje om het meer gaan toeren.

De volgende dag hebben we vanuit Noboribetsu het eveneens onheilspellende park Hell Valley verkend. Dit is een geothermisch gebied met een aantal dampende hot water- en modder poelen. Vanwege de aanwezige mineralen hadden sommige stroompjes water een hele andere kleur dan andere stroompjes of poelen. We hebben er gezellig door de geur van rotte eieren gewandeld.

Na Noboribetsu ging onze reis verder naar de andere kant van het eiland, naar Akan-Mashu National Park. De weg ging door vele tunnels door de bergen en over vlakke akkerbouw velden met hier en daar een boerderij of een vervallen hutje. Onderweg zagen we een mooie rode vos zitten op een parkeerplaats. Hij zag er heel mooi donzig uit, heel knuffelbaar, maar voor alle zekerheid zijn we in de auto blijven zitten. Er leven veel vossen op Hokkaido, net zoals hier redelijk wat beren zitten. Helaas (?) hebben we geen beer gezien…

We hadden een leuke Airbnb geboekt aan Lake Kussharo. We hadden een kamer in het huisje van Nat, een vriendelijke meid van onze leeftijd. Van de buitenkant zag het er wat vervallen uit maar binnenin was het heel gezellig. We moesten de zijingang gebruiken want de voordeur was de hele winter ingesneeuwd geweest en zat nu vast. Gelukkig was het nu redelijk snel weg aan het smelten. Het mooiste aan dit huisje was dat we de straat maar over hoefden te steken en we stonden aan het meer. Lake Kussharo was nog grotendeels bevroren, maar aan de kust waar wij stonden was het al een klein stukje ontdooid. We hebben hier de zonsondergang gekeken en dat was fantastisch! Er zwommen namelijk hele grote zwanen in de ontdooide waterplassen. Het was een magisch gezicht en geen bussen Chinezen te bekennen! We zaten hier bijna alleen.

Rik is ‘s avonds nog even terug naar het meer geweest. Vanwege de bijna volle maan waren er weinig sterren te zien, maar evengoed was het heel mooi, met nog een glimp van besneeuwde bergen in het maanlicht op de achtergrond.

De volgende ochtend besloten we direct te vertrekken zodra we wakker werden en om 7 uur zaten we al aan het meer. In de eerste zonnestralen van de dag hebben we er zitten ontbijten. We zagen hoe een aantal moedige mannen hun kayaks klaar legden om later op de dag te gaan varen. Na het ontbijt zijn we verder gereden naar een hoger gelegen uitkijkpunt aan de andere kant van het meer. Gelukkig waren we de bussen Chinezen en andere Aziaten voor (we zijn altijd blij als we die voor zijn, want die zijn overal en staan altijd op de foto als je er eentje wil maken!). We hebben heerlijk in het zonnetje van het uitzicht staan genieten. Daarna zijn we doorgereden naar Lake Mashu. Hier waren we niet meer de enigen, maar ook dit bevroren meer was erg mooi!

Vervolgens ging onze roadtrip verder naar Shiretoko National Park. Dit park staat erom bekend dat er veel beren zitten. Een gebergte sluit het park af van de rest van het eiland. Het bleek helaas dat de wegen in het park nog afgesloten waren vanwege de sneeuw. We konden slechts tot iets voorbij het plaatsje Utoro gaan, redelijk aan het begin van het National Park. Hier hebben we een korte hike gedaan naar Kamuiwakkayu falls. De route liep door de sneeuw, waar we geregeld zo’n 20 a 30 cm in wegzakten. Dat was gek aangezien het dik 20 graden was vandaag! En daar waar de sneeuw overging in een grindpad, voelde het net aan of we over een zachte mat liepen want het grindpad veerde een beetje mee. Dat kwam omdat de grond eronder nog helemaal nat was van het smeltwater. Een heel vreemd gevoel.

Onderweg kwamen we voor het eerst op Hokkaido een westerling tegen en het bleek een Nederlander te zijn. Schijnbaar zijn het toch vooral de Nederlanders die gek genoeg zijn om hier naartoe te komen… De waterval was heel mooi. Hij kwam van een hoge rots af en stroomde de zee in. De waterval was nu nog grotendeels bevroren dus eigenlijk stroomde er maar een klein stroompje de zee in.

Omdat we verder niet veel konden doen in Shiretoko National Park hebben we de dag erna wat rust gehouden, om de volgende dag in een uur of 4 verder te rijden naar het stadje Asahikawa. Onderweg kwamen we langs Daizetsuzan National Park en hebben er een stop gemaakt bij een waterval. We hadden het idee om hier met de kabelbaan een van de bergen op te gaan, maar aangezien het erg bewolkt en regenachtig was besloten we daarvan af te zien.

Wel zijn we de Blue Pond gaan bezoeken. Dit is een klein meertje met een aantal dode bomen erin en fel lichtblauw water. Heel bijzonder! De kleur van het water is niet helemaal natuurlijk. Na een vulkaanuitbarsting in 1988 in de buurt van de Blue Pond vonden er werkzaamheden plaats waarbij per ongeluk een bepaalde stof in het water is gekomen. Dat geeft het meer zijn blauwe kleur. Via mooie groene heuvels zijn we vervolgens door gereden naar ons kleine appartementje in Asahikawa. Hier hebben we de volgende dag Lisanne d’r verjaardag gevierd! Mede omdat we een paar dingen hadden overgeslagen hadden we eigenlijk alles al gedaan wat we wilden doen. Ook voelde Lisanne zich net vandaag niet helemaal fit (zul je net zien), dus we besloten een rustdag te houden. We zijn alleen de deur uit geweest om bij de supermarkt wat choco donuts te halen (hmmm!) en om ‘s avonds uit eten te gaan. Bij de Italiaan :). We hadden er eentje online opgezocht, maar konden niet direct vinden waar hij nu zat. Toen we een portaaltje binnen liepen bleek dat we de lift moesten nemen naar de 3e verdieping en ja hoor, de deur ging open en daar zat de Italiaan. We hebben heerlijk gegeten en er een biertje op gedronken.

De volgende dag zijn we weer terug gereden naar Chitose, vlakbij Sapporo. Hier hebben we de auto weer ingeleverd en onze laatste avond in Japan doorgebracht! We vonden Japan heel leuk, vooral de cultuurshock die je in het begin ervaart. Het is een uniek land, niet te vergelijken met enig ander land. In geen land zijn de mensen zo beleefd als hier, terwijl ze zeker ook een beetje gek zijn. Honshu is erg leuk om te bezoeken voor de cultuur terwijl Hokkaido meer van de natuur is.

Onze reis gaat nu verder naar Maleisië! Weer terug naar de warmte (daar is Lisanne vooral blij mee – Rik iets minder). Na een vlucht van 8 uur zijn we afgelopen maandag aangekomen in Kuala Lumpur. Binnenkort meer over onze eerste voetstappen in Maleisië.

Tot de volgende keer!
R&L

Foto’s Hokkaido

2 reacties

  1. Nelie
    2019 - 04 - 24

    Dit is weer heel wat anders! Cultuur is leuk, maar voor mij gaat er niets boven de natuur. Prachtige en bijzondere foto’s weer van het landschap en de dieren. Leuk dat jullie ook oog hebben voor details.

    Beantwoorden
  2. Marij
    2019 - 04 - 26

    Prachtige natuurfoto’s van een mooi land. Zo zie je maar weer wat is onze wereld mooi zoveel culturen mensen en landschappen. Zo waardeert men onze planeet. en jullie nemen dit mee als een kostbare herinnering aan een mooie bijzondere reis.

    gr. mam en pap.

    Beantwoorden

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Scroll naar boven

This content is protected